Kort verhaal – De bruiloft

‘Hé Tim, volgens mij is er nog plek in die rode Fiat 500 daar.’ Paul wees naar het rode autootje dat langzaam aansloot in de rij om de parkeerplaats af te rijden. Het was een chaos van mensen en auto’s, die allemaal probeerden van de kerk naar de feestlocatie te rijden. Omdat hij zelf elke dag met de trein naar zijn werk reisde, had hij zelf geen auto. Gelukkig had hij met Paul mee naar de kerk kunnen rijden, omdat zijn vrouw en kinderen al eerder waren gegaan met wat andere dames mee, om de kerk klaar te maken voor de komst van het bruidspaar. Maar nu nam Paul zijn eigen gezin mee naar het feest en was er geen plaats meer voor hem in de auto.
‘Thanks man,’ zei Tim, ‘Ik zie je bij het feest.’ En met een zwaai naar Paul stapte hij op de rode auto af, die nu een paar meter opgeschoven was richting de uitgang van de parkeerplaats. De zon brak door de wolken heen en meteen voelde hij het zweet onder zijn oksels verzamelen, diep onder zijn driedelige pak. Even trok hij aan zijn stropdas, in de hoop daar wat frisse lucht te krijgen.
Hij opende het portier van de rode auto aan de passagierszijde en boog voorover. ‘Hoi, ik hoorde dat hier nog plek was, kan ik mee…’ Hij verbleekte. Daar, achter het stuur zat Floralie. Van alle mensen bij wie hij in de auto zou kunnen stappen, was het uitgerekend zij. ‘Paul!’ foeterde hij in zichzelf. ‘Hij heeft me er mooi weer in laten luizen.’
‘Hoi, Tim.’ Floralies stem klonk koud. Er volgde geen uitnodiging om in te stappen.
Hij schraapte zijn keel. ‘Kan ik met je meerijden? Paul stuurde me naar deze auto. Als ik had geweten dat jij het was… Het is maar een klein stukje, dan ben je van me af. Ik zal in stilte naar buiten staren, je zult niet eens merken dat ik er ben.’
‘Vooruit.’
Zo te merken had Floralie net zo weinig zin om samen in een auto te zitten als hij. Nou, hij zou zich aan zijn belofte houden. Hij maakte de gordel vast, vond een comfortabele houding en staarde door het zijraam naar buiten. De laatste mensen stapten in hun auto’s en sloten aan in de rij. Floralie was nu bijna bij de uitgang gekomen, en aan de beurt om de drukke weg op te draaien. Zodra de banden de provinciale weg raakten, drukte ze het gaspedaal in. Ja, Tim was het volledig met haar eens: ze konden niet snel genoeg bij de feestlocatie zijn.
‘En, hoeveel harten heb je gebroken in de afgelopen vijf jaar?’ doorbrak Floralie zijn gedachten. Tot zover de stilte-behandeling.
‘Au, die heb ik verdiend, ja.’ Tim draaide zich om en keek Floralie aan. ‘Jij was de laatste. Dat was eens en nooit meer.’ Hij zij er maar niet bij dat er ook geen kansen waren geweest op gebroken harten. Na Floralie had hij niemand meer ontmoet voor wie zijn hart zo snel ging kloppen. Dus hij was nooit verder gekomen dan een paar eerste afspraakjes. Elke vrouw verbleekte bij de herinnering aan Floralie. Haar lange blonde haren, die in krullen over haar rug dwarrelden. Haar olijke ogen, die altijd in waren voor een grapje. En haar warme glimlach, waarmee ze elke zinnige gedachte liet verdampen.
Maar het koudefront dat op hem afkwam vanaf de stoel naast hem, was van totaal andere orde.
‘Het spijt me, Floralie. Ik was een dwaas. Ik.. ik dacht dat ik geen vriendinnetje kon hebben als ik op de hogeschool kwam. Om een of andere reden dacht ik dat daar allemaal sexy vrouwen rondliepen die stonden te popelen om mijn vriendin te worden.’ Hij lachte zuur. ‘Ik… ik wist gewoon niet wat ik had, wat wij samen waard waren, wat jij waard bent.’
Geschokt zag Tim dat de tranen over Floralies wangen stroomden.
‘En daar kom je nu mee? Vijf jaar later?’ schreeuwde ze.
Tim hield zijn handen omhoog. ‘Whoo, wat is dat? Volgens mij riep jij dat je me nooit meer wilde zien en blij was als ik nooit meer contact met je zocht. Ik had diezelfde avond al spijt, maar Floralie, ik had het volledig verpest bij jou. Jij wilde mij niet meer, en dat was je goed recht.’
‘O Tim, na al die jaren snap je vrouwen nog steeds niet. Natuurlijk wilde ik je nog wel. Maar je had me gekwetst, dieper dan iemand mij ooit gekwetst heeft. In mijn woede riep ik van alles! Maar ik wilde gewoon niet nog een keer gekwetst worden. Diezelfde avond had je geen schijn van kans, nee. Maar als je diezelfde week nog bij me op de stoep had gestaan. Dan, misschien.’
Het was stil in de auto. Tim wist niet wat hij moest zeggen. Vijf jaar had hij rondgelopen met zijn liefdesverdriet, en nu zei ze dat ze hem nog wel had gewild?
Floralie doorbrak de stilte. ‘Wat wij hadden was inderdaad bijzonder, dat.. dat heb ik nooit ervaren met iemand anders. We waren echt beste maatjes, ik kon alles tegen je zeggen. We hadden de grootste lol samen. En we zoenden de sterren van de hemel. Je denkt toch niet dat ik die kussen vergeten ben hè?’
Nee, die zoenen was hij zelf ook niet vergeten.
‘En toch maakte je het uit, een maand voordat je op kamers ging.’
‘De grootste fout van mijn leven, Floralie. Ik… ik weet niet hoe ik het goed kan maken met je. Ik weet niet eens hoe het nu met je gaat!’
Inmiddels waren ze bij de feestlocatie aangekomen en behendig parkeerde Floralie haar autootje in een klein vak dat nog vrij was. Ze trok de handrem aan en klikte zowel haar eigen gordel los als de zijne. Toen keek ze hem aan, en hij zag weer die schittering in haar ogen, die er vroeger ook altijd geweest was.
‘Het gaat goed met me, Tim.’
Ze boog zich voorover, en kuste hem.